’s Morgens vroeg een bruine boterham met kaas eten of een bakje cereals leeglepelen, we doen het steeds minder. Uit nieuw onderzoek van FoodService Instituut Nederland blijkt namelijk dat we steeds vaker kiezen voor een ontbijtje buiten de deur.
Zo’n tien procent van de Nederlanders doet het minstens één keer per week een verdubbeling van het aantal mensen dat in 2007 ‘uit ontbijten’ ging. Van de mensen tussen de 18 en 36 jaar gaat zelfs twintig procent minstens één keer per week buitenshuis ontbijten.
‘Een klein vakantiegevoel’
Volgens Kim Alstede (25) van degenietendefoodie.nl is die stijging in populariteit te danken aan het steeds gevarieerdere, grotere en vaak gezondere aanbod dat restaurants bieden, legt ze uit aan De Stentor. Ook zij ontbijt zeker één à twee keer per week buiten de deur. “Vaak is het uit gemak, even snel onderweg of voordat ik een afspraak heb, maar in het weekend doe ik het echt om te genieten. Dan zorgt ontbijten buiten de deur voor een klein vakantiegevoel.”
Van A(msterdam) tot Z(wolle)
Volgens Wouter Staal, eigenaar van de inmiddels welbekende Yoghurt Barn-keten, is het buitenshuis ontbijten een heuse trend. “Toen we vierenhalf jaar geleden begonnen, hadden we vooral succes in de hoofdstad. Dat komt denk ik doordat de samenleving daar het meest geïnternationaliseerd is.” Inmiddels is het ontbijt in al zijn zaken, ook in de rest van het land, verantwoordelijk voor een steeds groter deel van de omzet, vertelt hij de nieuwssite.
De ultieme start van de dag
Daar kunnen we goed begrijpen. Een verser dan vers, heerlijk belegde sandwich of een zalige, goed gevulde yoghurt zijn toch de ideale hap om de dag (en dus ook je motor) mee op te starten? Een vroeg bezoekje aan een fijn café of lunchroom kan voldoende energie geven om de rest van de dag fluitend door te komen. En dat vakantiegevoel, daar wordt toch iedereen gelukkig van?
Bron: De Stentor
Bron beeld: Hollandse Hoogte