Voor leuke 40+ vrouwen met stijl

Schrijver Oek de Jong: 'Het leven gaat me steeds beter af'

Op zijn 68ste haalde Oek de Jong alsnog zijn rijbewijs en zijn werk gaat steeds vlotter naarmate hij ouder wordt: 'Het leven gaat me steeds beter af.'

Oek de Jong

Op zijn achtenzestigste haalde hij eindelijk zijn rijbewijs. Over dat kantelpunt schreef hij zijn meest recente boek. Maar auteur Oek de Jong (70) ziet de ontmoeting met zijn vrouw Jeanne als het échte keerpunt in zijn leven. ‘Zij heeft mij socialer, menselijker en vrolijker gemaakt,’ vertelt hij aan mannenfluisteraar Cisca Dresselhuys.

Oek over zijn Jeanne

‘Mijn ontmoeting met Jeanne is de belangrijkste en meest doorslaggevende gebeurtenis in mijn leven. Zij heeft me socialer, menselijker en vrolijker gemaakt door haar lossere levensstijl.

Ik ontmoette haar aan het ziekbed van schrijver Frans Kellendonk, een goede vriend van mij, die aids had en lang bedlegerig was. Jeanne was een van zijn buddy’s, die ’s nachts geregeld bij hem was. Tijdens een van die nachtdiensten las ze mijn essay over Vermeer, dat ik Frans had gegeven. Met een paar mensen zaten we aan zijn bed en hadden we het over dat essay, maar ook over stoofpeertjes, waar ik gek op ben. Jeanne gaf me toen een speciaal recept.

Privéfoto

Zij stond in die tijd op de markt met Frans aarde­werk en zelfgemaakte boeketten. Een opvallende en vrolijke vrouw. Ik liep tegen de veertig. Beiden waren we heel voorzichtig in het aangaan van een nieuwe relatie, want we hadden allebei een en ander achter de rug op dat gebied.

We zijn toen heel lange wandelin­gen door Amsterdam gaan maken. Als ik zeg ‘lang’, bedoel ik tochten van zo’n twaalf uur, af en toe onderbroken door in een café iets te drinken of te eten en dan weer verder. Heel bijzonder dat we dat samen konden.

Inmiddels zijn we dertig jaar bij elkaar. Die relatie is, naast het schrijven, het grootste avontuur van mijn leven. Mooi, maar bij vlagen ook moeilijk. We zijn allebei sterke persoonlijkheden; onze relatie is altijd intens. Lyrische fases, zoals ik ze noem, worden door moeilijke periodes afgewisseld.

Privéfoto

We zijn allebei ook graag alleen. Voelen ons allebei snel gekwetst, terwijl de ander het volstrekt niet kwaad bedoelt. Die sensibiliteit, waarmee ik moet leven, is zowel mijn handicap als mijn talent, mijn schrijverschap drijft erop.

Het heeft me veel tijd gekost de connectie met anderen goed te krijgen. Maar ik ben steeds meer gaan beseffen dat wat ik als een extreme kant van mezelf beschouwde door heel veel mensen wordt herkend. Door erover te schrijven hef ik, zoals ik al zei, de eenzaamheid van mensen op. En misschien ook wel die van mezelf.’

Oek over zijn rijbewijs

Nooit eerder was het ervan gekomen. Maar toen Jeanne op hun vakantie in Frankrijk haar arm brak en niet kon autorijden, was het duidelijk: hij moest nu echt zijn rijbewijs halen. Dat vrienden uit Nederland moesten overkomen om hen en de auto op te halen, ging toch wel erg ver.

Marloes Bosch

Dus ging hij op zoek naar een goede rijschool in Amsterdam, niet zo’n jolige, gericht op jonge mensen, maar een voor oudere klanten. Die bleek er te zijn: Rijschool Overtoom, die adverteerde met ‘vrouwvriendelijke rijlessen’.

‘Daar moest ik zijn, daar hadden ze vast gevoel voor afwijkende types als ik. Dat bleek goed gedacht: ik kreeg een heel goede instructeur, een man van mijn eigen leeftijd.

Het lastigst bleek het theorie-examen. Dat vond plaats in een enorme zaal in Amsterdam-West, waar je in hokjes voor een touchscreen zat, alsof je aan het gamen was. En dan die vragen: ‘Is een man, die met een paard aan de teugel loopt, een voetganger of een voertuig?’ Voor dat examen ben ik de eerste keer gezakt.

Het zo gevreesde praktijkexamen heb ik wel in één keer gehaald. Het meest cruciale moment was toen ik voor de eerste keer de grote weg op moest, de ringweg rond Amsterdam. Toen stond het zweet me in de handen.

Je moet daar invoegen, wat betekent: je voegen naar anderen, meedoen met de groep, en dat is nu juist iets waartegen ik me m’n hele leven heb verzet. Maar dat kon nu niet. Je kunt niet eigenwijs 50 blijven rijden, terwijl iedereen om je heen minimaal 80 rijdt.

Overigens rij ik nog steeds beperkt auto. Vooral in en naar Frankrijk. In Amster­dam rijd ik bijna nooit en als ik ergens in Nederland moet zijn, neem ik de trein.

Privéfoto van Oeks moeder Dies Windig

Waarom ik zo laat aan rijlessen begon, heb ik in mijn nieuwe boek onderzocht. Op mijn zeventiende ben ik in de auto van mijn moeder bijna verongelukt, met mijn moeder naast me. Niemand zag een automobilist in mij.

In de jaren zeventig, toen ik studeerde, liftte je trouwens, zowel in binnen- als buitenland. Rijlessen namen alleen studenten rechten of economie, rechtse jongens. Onder schrijvers en dichters heeft bijna de helft geen rijbewijs. Voor mij voelde het rijbewijs als de laatste stap in mijn socialisatie, die begonnen is toen ik Jeanne leerde kennen.’

Oek over ouder worden

‘Vanaf mijn zestigste zit ik in de beste tijd van mijn leven, als mens en ook als schrijver. Mijn eerste twee boeken, Opwaaiende zomerjurken en Cirkel in het gras waren dan wel bestsellers, maar ze hadden me teveel gekost en lieten me flink overspannen achter.

Ik was top of the bill, maar stond onder grote druk, dronk acht koppen espresso per dag en rookte me suf, m’n eerste lange relatie ging stuk, het appartement dat ik had gekocht ging verzakken en ik kon niet meer schrijven. Ik was als een violist die alle grote concerten kon spelen, maar plotseling geen geluid meer uit z’n instrument krijgt. Ik zat echt op de bodem.

Na mijn veertigste ging ik me gaandeweg beter voelen, ik werd vrijer, milder en productie­ver. Sinds m’n zestigste ben ik zelfs extreem productief: de afgelopen vier jaar elk jaar een nieuw boek, wat voor mij een heel hoge fre­quentie is. Ik werk veel makkelijker, zit beter in m’n vel, raak niet meer in conflicten, wil minder m’n zin doordrijven, kortom: het leven gaat me steeds beter af.

Ik geniet nu ook meer van mijn omgeving en laat mensen steeds dichterbij komen. Ik hoef niets meer te bewijzen, dat is het vooral. Als er nu een boek zou floppen, zou ik daar niet meer kapot van zijn, ik heb zoveel om op terug te vallen.

Ik ben de psychische erfgenaam van mijn introverte moeder. Ik heb haar teruggetrok­ken natuur, observatievermogen en scherpe intuïtie, maar ik heb me ook van haar verlegenheid moeten ontdoen. Opvallend genoeg ben ik nooit bang geweest als het om mijn werk gaat, dan stond, en sta, ik vrij­moedig op podia.’

Oek over zijn levensmissie

‘Daar kan ik kort over zijn, dat is schrijven. Hoewel, is het een missie? Eigenlijk is het meer een behoefte. Toen ik op mijn acht­tiende van Zeeland naar Amster­dam kwam, ben ik onmiddellijk werk gaan maken van het schrijven naast mijn studie kunstgeschiedenis. Ik gaf mezelf zeven jaar de tijd om te zien of ik genoeg talent had om überhaupt schrijver te worden.

Oeks werkkeet, privéfoto

Op m’n vierentwintigste publiceerde ik mijn eerste boek, dus het leek te gaan lukken. Door de jaren heen ben ik beter gaan schrijven, het gaat veel vaker in één keer goed. Vroeger gebeurde het nog weleens dat ik een hoofdstuk opzette, twee weken in een bepaalde richting schreef, dan vastliep, alles moest schrappen en opnieuw moest beginnen. Dat overkomt me niet meer.

Nu zit de structuur in m’n hoofd, ik bouw in gedachten op hoe het moet worden en dan schrijf ik het eigenlijk in één keer op. Schrijven is zo veelomvattend voor mij. Ik begrijp heel veel door te schrijven, op het moment dat ik zinnen begin te maken snap ik beter wat er gisteren gebeurd is.

Ik zie een boek als één grote bal energie, waar een schrijver jaren­lang het beste van zichzelf in heeft gestopt. Ik zie steeds duidelijker wat mijn werk met mij doet, maar ook wat het voor anderen doet. In feite heffen goede schrijvers de een­zaamheid van anderen op.’

WAPENFEITEN

  • Oek de Jong (Breda, 1952) groeide op in Dokkum en Goes en studeerde in Amsterdam.
  • Zijn eerste roman, Opwaaiende zomerjurken, uit 1979, werd een bestseller, net als zijn tweede, Cirkel in het gras uit 1985.
  • Pas in 2002 verscheen er weer een roman, Hokwerda’s kind
  • De Jong won verscheidene prijzen.
  • Hij woont in Amsterdam met zijn vrouw Jeanne Niers.
  • Zijn nieuwste boek Man zonder rijbewijs is uitgegeven door Atlas Contact, je kunt het hier bestellen.

Elke week het laatste nieuws ontvangen in je mailbox? Het beste van Nouveau.nl, Máxima en cultuur voor leuke vrouwen met stijl. Schrijf je in

Interviews
  • Marloes Bosch