Verborgen schatten van het Mauritshuis
Tentoonstelling: Hoogte- en dieptepunten uit het depot
Tot en met 8 mei 2016 laat het Mauritshuis zien wat normaal gesproken voor het publiek verborgen blijft. Een uitzonderlijke gelegenheid om het onzichtbare deel van de collectie te bekijken. In deze tentoonstelling wordt antwoord gegeven op veel gestelde vragen als: wat voor soort schilderijen hangen er in het depot, hoe komen ze daar terecht en waarom hangen ze niet op zaal? De hoogtepunten worden getoond, maar óók de dieptepunten.
Collectie Mauritshuis
Het Mauritshuis is vooral bekend om de Hollandse en Vlaamse schilderijen uit de vijftiende tot en met de achttiende eeuw, met daarbij nog een klein aantal Duitse werken uit de zestiende eeuw. De collectie is overzichtelijk en in vergelijking met andere musea goed zichtbaar. Van de ongeveer 850 collectiestukken - grotendeels schilderijen - worden er zo'n 250 permanent tentoongesteld in het Mauritshuis zelf en nog eens 150 in de Galerij Prins Willem V. Daarnaast zijn er 150 in langdurig bruikleen gegeven aan musea in binnen- en buitenland. Slechts 300 worden achter gesloten deuren bewaard in het depot. Toch blijft het jammer dat deze depotstukken zelden of nooit te zien zijn. Daarom toont het Mauritshuis van 4 februari tot en met 8 mei een selectie van hoogte- en dieptepunten uit het depot, die speciaal voor deze gelegenheid van de rekken zijn getild.
Het Mauritshuis heeft de lat hoog liggen waar het de kwaliteit van de tentoongestelde werken betreft. Dit heeft te maken met de beperkte ruimte in het museum én het feit dat de collectie zoveel topstukken telt. Schilderijen die ergens anders zonder aarzelen zouden worden opgehangen, blijven noodgedwongen voor korte of langere tijd in depot omdat er geen plaats voor is. Vaak worden ze als wisselstukken gebruikt, de zogenaamde reservebank, bijvoorbeeld als een zaalstuk in restauratie gaat of in bruikleen wordt gegeven aan een tentoonstelling.
Waarom in depot?
In de tentoonstelling wordt een selectie van tweeënvijftig schilderijen in groepjes gepresenteerd waarbij steeds de vraag centraal staat waarom de betreffende werken niet op zaal hangen. Getoond wordt hoe een depotstuk door een restauratiebehandeling kan promoveren tot zaalstuk, zoals Vrolijk gezelschap in een park van Esaias van de Velde. Ook formaat, conditie of aantallen kunnen een reden zijn om kunstwerken niet in de vaste opstelling van het Mauritshuis op te hangen. Zo zal in de tentoonstelling een reeks van 25 officiersportretten van de Haagse schilder Ravesteyn uit het begin van de zeventiende eeuw (het zogenaamde leger van Prins Maurits) voor het eerst sinds de achttiende eeuw als geheel worden getoond. De selectie schilderijen uit het depot bevat een aantal opmerkelijke werken: zo denk je bij het Mauritshuis bijvoorbeeld niet meteen aan Andy Warhol. Het Portret van koningin Beatrix werd in 1986 aangekocht omdat het goed gebruik is dat er in een overheidsgebouw een portret van het staatshoofd hangt. Een zoektocht in het depot kan ook voor de conservatoren en restauratoren, die de verzameling goed kennen, verrassingen opleveren. Sommige schilderijen die in de loop der tijd van zaal zijn verdwenen en zo uit het zicht raakten, blijken opeens wonderwel in de vaste presentatie te passen, zoals het Fantasielandschap met Johannes de Evangelist op Patmos van de Vlaamse schilder Hans Bol. Enkele schilderijen komen het depot nooit uit omdat ze het aanzien nauwelijks waard zijn, zoals een anoniem werkje op koper van Simeon met het kind Jezus. Anderen kunnen door de slechte bewaringsstaat niet op zaal worden getoond. Zo hing Portret van een man van de Zeeuwse schilder Karel Slabbaert jarenlang onder slechte omstandigheden in het toenmalig Nederlands-Indië. Onder andere door het extreme klimaat is de verflaag van het schilderij op dramatische wijze gebarsten.
En soms blijkt zelfs een bejubelde aankoop achteraf een ‘koninklijke’ vergissing. Koningin Willem I verwierf in 1821 voor het Koninklijk Kabinet van Schilderijen Mauritshuis een verzameling met onder andere werk van grote meesters als Raphael, Titiaan en Velázquez. Helaas bleken het hoofdzakelijk slechte werken en werden ze al snel van de hand gedaan. Eén van de weinige schilderijen die in het Mauritshuis is achtergebleven was een wel erg optimistische toeschrijving aan Raphael. Inmiddels wordt deze Vrouwelijke figuur beschouwd als werk van een anoniem Italiaans kunstenaar en is het al jarenlang het depot niet uit geweest.
Kijkje achter de schermen
In de tentoonstelling krijgen bezoekers inzage in het reilen en zeilen achter de schermen van het Mauritshuis. Het depot speelt daarbij een onmisbare rol als bewaarplaats van collectiestukken die om verschillende redenen niet aan het publiek getoond kunnen worden. Aan de hand van de geselecteerde schilderijen wordt dit deel van de museumpraktijk toegelicht.