Voor leuke 40+ vrouwen met stijl

Stank voor dank: Lara hielp een vriendin die haar vervolgens bestal

Toen Lara’s vriendin in de financiële problemen kwam, bood ze haar werk bij haar thuis aan. Toen ontdekte ze dat haar beste vriendin haar bestal.

Close-up of woman paying for Flowers with a 10 Euro Bill

Toen Lara’s vriendin in de financiële problemen kwam, bood ze haar werk bij haar thuis aan. Toen ontdekte ze dat haar beste vriendin haar bestal.

Lara (46): “Achteraf leg ik de schuld voor een deel bij mezelf. Ondanks dat Iris natuurlijk fout zat. Maar het was onverstandig van mij om onze vriendschap een zakelijk karakter te geven. Dat moet je gewoon nooit doen. En door de situatie waarin mijn vriendin zich bevond, lag het bijna voor de hand dat ze in de verleiding zou komen. Het spreekwoord is niet voor niets: je moet de kat niet op het spek binden. Dus ik heb het haar vergeven, al kostte dat wel even tijd. Maar ik wil haar niet kwijt, ik zou haar veel te veel missen.

Ik leerde Iris kennen bij de speeltuin in onze wijk, alweer zo’n twintig jaar geleden. We hadden allebei een zoon van drie. Het klikte tussen onze kinderen én tussen ons. Doordat ik jonger moeder was geworden dan mijn vriendinnen - ik was pas drieëntwintig toen ik zwanger werd, studeerde aan de kunstacademie en mijn medestudenten dachten nog lang niet aan settelen - was ik blij met dit nieuwe contact.

Iris en ik konden alles bespreken en hadden vaak plezier als pubers. We leken op elkaar, voelden elkaar goed aan. Het enige grote verschil tussen ons was, dat ik behoefte had mij naast het moederschap te blijven ontwikkelen en zij juist blij was om fulltime huisvrouw te zijn. Zij paste met liefde op mijn zoontje als ik mijn atelier in wilde, of als ik moest bijslapen wanneer ik onverwacht een avond had doorgewerkt. Dat ik door haar de kans kreeg om mijn creatieve vrijheid te laten stromen, was fantastisch.

Jaren zijn we hecht bevriend geweest. We deden ook dingen met onze echtgenoten erbij, al konden zij minder goed met elkaar overweg. Ik heb Iris’ man altijd een beetje een rare gevonden, met hem had ik niet zoveel. Maar hij en Iris leken gek op elkaar en ik had nooit voorzien dat hij haar plotseling zou kunnen verlaten. Een paar jaar geleden biechtte hij echter op dat hij een verhouding had en hij liet Iris wanhopig achter met twee thuiswonende kinderen.

En de nachtmerrie werd groter. Ze waren indertijd op huwelijkse voorwaarden getrouwd; daar hadden ze voor gekozen omdat dit handig kon zijn bij een mogelijk faillissement van haar man. Daarvan was toen geen sprake geweest; integendeel: hij bezat juist een kapitaal. Maar alles stond op zijn naam en Iris bleek nergens recht op te hebben, behalve op alimentatie. Maar haar ex-man wist het zo te regelen dat hij slechts het minimum betaalde.

Terwijl hij met zijn nieuwe vriendin en haar kinderen het leven vrolijk voortzette in hun voormalige villa, zat Iris opeens in een goedkope huurwoning met tweedehands meubels. Een situatie die je niemand toewenst. En zeker die lieve, trouwe Iris niet, die altijd alles voor haar man had overgehad. Financieel had ze dan wel niets in het huishouden ingebracht, maar verder had ze altijd álles gedaan, tot aan het clichématige pantoffels neerzetten aantoe.

Gebroken was ze. Door het verraad en deze plotselinge omschakeling. Maar voor haar kinderen toonde ze een grote veerkracht. Voor hen probeerde ze alles zo goed mogelijk door te laten gaan, al was hun vader plots verdwenen en moest alles met een veel beperkter budget. Mij deed dat pijn om te zien. Mijn man en ik hebben het goed, financieel gezien. Ik probeerde Iris daarom te helpen, zonder haar het gevoel te geven dat het op liefdadigheid leek: ik nam haar wel eens mee uit eten en bracht altijd iets lekkers mee als ik op bezoek kwam. Geld weigerde ze pertinent, terwijl ik wist dat ze het goed kon gebruiken. Daarom moedigde ik haar aan om werk te zoeken. Helaas had ze haar vak als schoonheidsspecialiste nooit bijgehouden. Om een zakcentje te verdienen ging ze liever schoonmaken bij iemand uit de buurt.

Een maand of acht later zegde mijn eigen hulp op. Ik twijfelde. Eigenlijk voelde het niet goed als Iris voor mij zou werken. Maar ze zat zó krap. Ik gunde haar het geld. Dus ik vroeg haar, voorzichtig, onwennig. Eerst sputterde ze tegen, later volgde een ja. ‘Ik ga me niet trots opstellen,’ zei ze. ‘Zeg maar wanneer ik kan beginnen.’

En zo kwam ze bij ons werken. Eenmaal per week, vijf uur. Voor vijfenzeventig euro per keer. De dag dat ze kwam, was ik er niet, ik was expres weggegaan: het leek mij vervelend voor haar als ik er was, terwijl zij mijn vloer moest boenen. Maandenlang ging het uitstekend. Ik was heel blij met haar als hulp. Ze bleek de perfecte huisvrouw, die onze rommelige woning telkens weer omtoverde in een keurig paleis.

Zelf ben ik erg slordig, mijn man niet minder en onze jongste zoon, de enige die nog thuis woont, is wat dat betreft een kloon van ons. Hij was ook de eerste die klaagde dat hij geld kwijt was. Twintig euro die hij onder zijn laptop had gelegd. Ik nam hem niet serieus. Die had hij vast ergens anders opgeborgen. Of allang uitgegeven. Drie weken later was hij opnieuw geld kwijt. Hij beschuldigde mij nota bene, en dat liep op een flinke ruzie uit.

Diezelfde avond meende ook mijn man wat geld te missen. Hij heeft verschillende portefeuilles en zijn ‘weekendportemonnee’ was plotseling bijna leeg. ‘Ik zou toch zweren dat er meer in zat’, hoorde ik hem mompelen. Ik reageerde niet eens. Hij had zich ongetwijfeld vergist. Zelf weet ik zelden hoeveel geld ik precies op zak heb, overal en nergens heb ik wat liggen. In mijn tassen zwerft altijd wel wat kleingeld. Makkelijk, dan heb je altijd wat achter de hand.

Maar het bleef zich herhalen, dat gemopper van mijn zoon en mijn man. Soms met lange pauzes ertussen, maar toch. En ik raakte zelf ook een paar keer in verwarring. Hè, ik had toch vijftien euro aan kleingeld in die la gelegd? Voor als mijn zus kwam, dan zou ik haar het geld geven voor het cadeautje voor onze ouders. Maar het was plotseling weg en dook nergens anders op. Dergelijke dingen gebeuren drie, vier, vijf keer.

En opeens was daar dat vermoeden. Ik was in onze slaapkamer en zakte op bed. Het kon gewoon niet. Dit kon onmogelijk waar zijn. Niet Iris, mijn vriendin. Dat zou ze toch nooit doen? Maar ik kreeg het niet uit mijn hoofd. Tegen mijn man zei ik niets, het voelde zo naar. In stilte besloot ik Iris te testen. Ik verspreidde wat munten en geldbiljetten door ons huis. Met pijn in mijn buik sloeg ik onze voordeur achter me dicht, die ochtend. Ik hoopte dat alles ‘s avonds nog op dezelfde plek zou liggen. Vast wel. En oh, wat zou ik me dan schamen.

Maar ’s avonds bleek een deel van het geld weg. Een aantal briefjes lag er nog, maar juist het geld dat ik zo argeloos mogelijk ergens tussen had gemoffeld, was verdwenen. Ik heb heel hard moeten huilen. Uit woede, en omdat ik zo teleurgesteld was. Ik voelde me zo bedrogen. Daar sta je dan, met je medeleven. Met je wens om te helpen.

En toch had ik ook direct medelijden. Hoe zou Iris zich hieronder voelen? Ze is geen slecht mens, ze moest zich ongetwijfeld vreselijk generen. Maar ze deed het wel. Nog een paar keer heb ik haar getest. Ik moest immers honderd procent zijn, voordat ik haar zou beschuldigen. Op een dag kwam ik eerder thuis en terwijl Iris boven bezig was, keek ik in haar tas. En jawel: in haar portemonnee zat het tientje dat ik die morgen met een merkje onder een boekenkast had gelegd. Ik riep haar. Ik zat met haar tas op schoot, het geldbiljet in mijn handen. Ze begon meteen te huilen en daarna hield ik het ook niet droog.

Er volgde een heftig gesprek - met een stortvloed aan tranen en spijt van haar kant. Maar het was té simpel geweest, zei ze. Te verleidelijk. Ze had het nooit van zichzelf gedacht. Nooit. Maar na de eerste keer voelde het al zo definitief. Toen kon ze niet meer terug, een dief was ze toen toch al. Een dief van haar eigen vriendin, op wie ze, zo bekende ze eerlijk, soms jaloers was, omdat het met mij zo goed leek te gaan, en met haar zo slecht. Daar schaamde ze zich voor, maar het was wel zo.

Hoe boos ik me ook voelde, ik was blij dat ze dit eerlijk tegen me zei. En dat ze zelf steeds herhaalde hoe schandalig het was, hoeveel spijt ze had. En dat ze zich kon voorstellen dat ik haar nooit meer wilde zien. Pas veel later vertelde ze over de schulden die ze had opgebouwd, over de ruzies met haar zoons die haar verweten dat er zo weinig geld in het gezin was. Dit voerde ze gelukkig niet als excuus aan, daar had ik op dat moment zeker niet tegen gekund.

We hebben afgesproken het een maand te laten bezinken en dan verder te kijken. Ik heb die tijd niet weten vol te maken. Hoewel ik nog boos was, miste ik haar, had ik met haar te doen en wilde ik onderzoeken of we onze vriendschap konden redden. Weer hebben we gepraat en gepraat. Het heeft nog een paar keer flink geknald. Dan verweet ik haar dat ze beter gewoon geld van mij had kunnen aannemen, toen ik haar dat wilde geven. Dat was toch veel beter geweest? Dan begon zij weer te huilen en brak mijn hart.

Ik had haar gewoon nooit als hulp moeten vragen, klaar. Dat was mijn fout. We zijn nu een jaar verder en het is weer als vanouds. Tenminste: bijna. Hoewel we het er nooit meer over hebben - oude koeien uit de sloot halen, dat vind ik zo vreselijk - ben ik het toch nog niet helemaal vergeten. Maar ik heb geen zin in wrok. En ik houd van Iris en wil haar graag in mijn leven. Gelukkig maakt zij het nu in alle opzichten weer veel beter. Dus we hebben deze donkere periode achter ons gelaten. Ik heb nu een ander schoonmaakster, en ik laat niet meer zo makkelijk geld rondslingeren…”

Elke week het laatste nieuws ontvangen in je mailbox? Het beste van Nouveau.nl, Máxima en cultuur voor leuke vrouwen met stijl. Schrijf je in

Openhartig
  • Getty Images