Voor leuke 40+ vrouwen met stijl

Erik Mesie over leven na Toontje Lager, nieuwe muziek en zijn 'lekker kleffe' relatie

Ooit had 'de jongen met de vage blik' gillende meisjes achter zich aan, inmiddels is Erik Mesie 65 en maakt hij nog altijd muziek, nu omringd met minder hysterie.

Erik Mesie 2019

'Waar gaan we heen?' heet het nieuwe album van Erik Mesie.

Er waren tijden dat journalisten in de rij stonden om Erik Mesie te interviewen. Hij was het gezicht van Toontje Lager, het popidool dat gillende meisjes achter zich aan kreeg. Anno 2023 stuurt Mesie zelf een mailtje naar de krant. Vrijdagavond presenteert hij zijn nieuwe album Waar gaan we heen. ‘Misschien reden voor een interview?’

Tekst: Rob Berends voor De Gelderlander



 

Zo staan we twee dagen later achter het Rijnhotel in Arnhem, vlakbij zijn nieuwe woning, voor de fotosessie. Erik Mesie (65) poseert geroutineerd.



In de camera kijken? De jongen met die vage blik zijn? Het is uit voorraad leverbaar. ,,Ik heb dit wel eens vaker gedaan”, zegt hij.

En wat later, aan de koffie in het hotel: ,,Met dit album ben ik zeven jaar bezig geweest. Ik moet alles zelf regelen, alles zelf financieren.

Platenmaatschappijen investeren niet meer in artiesten zoals ik. Ik ben benieuwd naar de reacties. Voor het optreden in Luxor vrijdag zijn al tegen de vijfhonderd kaarten verkocht, niet slecht.”

Je hebt een aantal jaren geleden besloten Toontje Lager te reanimeren nadat de band in 1985 uit elkaar ging. Ben je daar blij mee?

Aarzelend: ,,Ja. Ach. Ja, toch wel. Toontje Lager is net iets bekender dan Erik Mesie. En bij het boeken van optredens is dat wel belangrijk. Ik heb het gedaan om iets meer werk te genereren.”



Het leverde je ook gedoe op. De andere bandleden vonden het geen goed idee en lieten zich in de media negatief uit. Hoe is het nu?

,,Ik had het idee om de jongens van vroeger te vragen: goh, kunnen wij elkaar nog inspireren. Kunnen we bij elkaar komen om kijken of we terug kunnen voelen wat we toen hadden?



Daar kreeg ik van hen negatieve reacties op. Heel negatieve. Dat vond ik raar. Het is leuk repertoire, het is leuk om het te spelen, het publiek vindt het geweldig. Maar zij kennelijk niet.”

Is er in de afgelopen jaren nog contact geweest?

,,Nee. Ik heb ook niet meer op hen gereageerd. Er was zoveel negativiteit. Zelfs de manager klom in de pen en vond dat ik in mijn handjes mocht knijpen dat ik in zo’n band had gezeten.



Want ik was eigenlijk maar niks. Kom op hé. Mijn persoontje en mijn stem hebben echt wel bijgedragen aan het succes van Toontje Lager. Ik blijf het jammer vinden, die negatieve houding. Gun mekaar het succes.”



Waren jullie in de tijd van de grote hits goeie maatjes?

,,Toontje Lager was een vriendengroep uit Wageningen. Gerard de Braconier uit Arnhem kwam erbij, hij kende mij. Zo kwam ik bij de band.



We trokken natuurlijk veel met elkaar op, we hadden veel optredens. Daarbuiten zag je elkaar op een verjaardag, maar verder niet. Die Wageningse jongens, dat waren echte vrienden. Ik vond het ontzettend leuk, er was veel humor.”

Toontje Lager was ineens beroemd. Heb je heimwee naar dat succes?

,,Heimwee niet. Maar ik kijk wel met veel plezier terug. Wij werden ineens beroemd. Dat is heel raar. Ik kan me nog goed herinneren dat dat tot me doordrong. We hadden opgetreden op het Marktplein in Den Bosch.



De kleedkamers waren een eind verderop, we moesten er in een busje heen. Ik zag gillende meisjes achter de bus aanrennen. We keken elkaar aan. Hè? Niemand kan je daarop voorbereiden, niemand vertelt je hoe je daar mee om kan gaan. Je moet er maar mee dealen.”

Die meisjes van 15 zijn nu 40 jaar ouder. Komen ze nog steeds naar je toe?

"Ja, dat zijn hele mevrouwen geworden. En ze willen allemaal met je op de foto. ‘Je hing vroeger boven mijn bed’, zeggen ze dan.”



Nu ben je niet beroemd meer, maar herkennen mensen je nog wel.

,,Ja. De laatste tijd zijn dat opvallend veel mannen, die zeggen dat onze muziek hen in de puberteit zo heeft geholpen. Stiekem gedanst en Het doet pijn, in die teksten zit een soort van relativering over hoe het is een jongen te zijn en iets te willen met meisjes. Maar dat je niet durft.



Veel jongens hebben dat. Ik durfde ook niks. Dat is het principe van Stiekem Gedanst. Dat je zo dicht mogelijk bij een meisje gaat dansen, maar geen contact durft te maken.”

Maar je hoefde dat niet, want ze kwamen gillend achter je aan.

,,Maar dat wilde ik ook niet. Ik vond dat zo makkelijk, om daar misbruik van te maken. Ik had een relatie. En bovendien: je wilt toch niet iets met een fan hebben? Die kijkt niet met normale ogen naar je, maar met een heel roze bril.



Ik heb weleens met een meisje in de kleedkamer heel leuk zitten praten. De volgende avond trad ik 100 kilometer verderop op en toen was ze er weer. Dan had ik daar helemaal geen zin in. Dan ging ik niet meer naar haar toe.



Niet erg artiesterig, hè? Ik ben niet erg rock-’n-rollerig. Geen seks, geen drugs, geen rock-’n-roll. Ik heb een heel romantisch idee van de liefde.



Mijn vriendin Claudia en ik worden heel klef genoemd. We zijn achttien jaar samen. En we zíjn ook klef. We hebben buren, vrienden, die zijn ook zo. Dan zitten we met zijn vieren heel klef te zijn, haha.”

Dat bevalt je goed?

,,Dat vinden we hartstikke leuk. Iets van elkaar vasthouden, of aanraken. We zitten ook altijd naast elkaar, nooit tegenover elkaar. In een restaurant bijvoorbeeld. Zitten we naast elkaar. We vinden het leuk om rond te kijken, en dan naast elkaar te zitten.”



Ga je daar nog liedjes over maken?

,,Over hoe het fijn het is om klef te zijn? Haha, ik denk niet dat het heel erg aanslaat. Het wordt wel een klef artikel zo. Ik zie de kop al staan: Erik Mesie is lekker klef. Klef zijn met Erik Mesie. Ik houd mijn hart vast. Op de plaat staan wel wat liedjes die erover gaan. Als je eens wist en Beter af bij mij. We hebben die teksten ook samen gemaakt.”

Dat klinkt inderdaad niet heel rock-’n-roll.

,,Nee. Aan drugs had ik vroeger een hekel. Heb wel eens wat geprobeerd. Van een vriend kreeg ik eens hasjcake mee. Nam een hapje. Voelde niks. Nog een hapje. Nog niks. Nog een.



Toen ik thuiskwam, had ik zo’n heftige ervaring, ik dacht dat ik doodging. Ik zag allemaal salamanders op de muur lopen. En nee, die waren er niet. Ik heb een afscheidsbrief geschreven, wist zeker dat ik doodging. Ik wilde niet gaan liggen want dan zou ik sterven. Ik ben zittend in mijn stoel in slaap gevallen. Dat nooit meer.”



Zou je het leuk vinden opnieuw beroemd te zijn?

,,Ja, ik denk het wel. Nou ja, ik wil wel weer scoren met een liedje. Samenstellers van de radiostations kiezen mijn muziek niet. Er is geen interesse in oude muzikanten. Of ik iets nieuws heb gemaakt, of Frank Boeijen, of Ernst Jansz - het gaat aan iedereen voorbij.



Ik heb weleens gedacht: moet ik geen pseudoniem aannemen en een filmpje maken met een jonge jongen in de hoofdrol? Misschien werkt dat. Dat zou ik wel willen, iets meer succes met mijn muziek. Ik hoef niet beroemd te worden, maar die twee zijn aan elkaar gekoppeld. Dan heb je wat meer zekerheid in je werk.”

Zijn optredens nu anders dan in je grote dagen?

,,Vroeger stonden de zalen vol met 15-jarigen die alles meezongen. En soms flauwvielen. Nu komen mensen voor een leuke avond. En die willen dat met elkaar delen. Als ik nu in het theater speel, is er wel een goed oor.



Maar in de clubs staan mensen te praten. Ik zie het en ik hoor soms ook wat ze zeggen. Ik zeg op het podium weleens: als jullie nog even doorkletsen, gaan wij door met het volgende nummer, is dat goed?”

Elke week het laatste nieuws ontvangen in je mailbox? Het beste van Nouveau.nl, Máxima en cultuur voor leuke vrouwen met stijl. Schrijf je in

Interviews
  • Brunopress