Voor leuke 40+ vrouwen met stijl

Carry Slee over verdrietige jeugd: 'Eigenlijk waren onze ouders meer onze kinderen'

Elke maand vraagt Cisca Dresselhuys aan een bekende Nederlander wat die nog graag had willen bespreken met zijn of haar moeder of vader. 

Carry Slee

Schrijfster Carry Slee (75) heeft meer dan honderd boeken op haar naam staan, zowel voor kinderen als voor volwassenen. In twee daarvan, Moederkruid en Zijn jongen, beschrijft ze haar problematische jeugd.

'Ik heb er diep over nagedacht, want je zou denken dat ik nog heel wat aan mijn ouders te vragen zou hebben, maar ik kon geen enkele vraag bedenken. Heel vreemd natuurlijk, hoe komt dat? Omdat ik vrees dat ik van beiden weer dezelfde nietszeggende en ontmoedigende antwoorden zou krijgen als vroeger. En daar heb ik echt geen behoefte aan. Ik kan me mijn ouders namelijk niet anders voorstellen dan zoals ik ze gekend heb: mijn moeder als een zwartkijker en psychisch ziek en m’n vader gemaakt vrolijk, iemand die alles weglachte en vluchtte in zijn werk.'

'Met mijn moeder heb ik heel veel gepraat, veel te veel voor een jong kind. Ik voelde me altijd verplicht om haar op te beuren, want je wil als kind niet dat je moeder ongelukkig is. Dat ik haar blijkbaar geen vragen meer zou willen stellen, komt omdat ik niet opnieuw haar akelige antwoorden zou willen horen. Die varieerden van 'Ik heb geen deel van leven' tot 'Je moet niet vreemd opkijken als ik een dezer dagen aan het gas lig'. Als ik 's middags uit school kwam, was ik altijd heel gespannen hoe ik haar zou aantreffen. Als eerste keek ik naar haar ogen; waren die rood, had mama weer gehuild? Dat ze voor haar gevoel in een gribusbuurt woonde, was wel begrijpelijk, want eerder had ze in het keurige Amsterdam-Zuid gewoond. Mijn vader, die daar een goeie kleermakerszaak had, ging driemaal failliet, waardoor we in mindere buurten belandden.'

'Ik ben bang voor dezelfde nietszeggende antwoorden'

Liever een zoon

'M'n moeder klaagde ook veel over haar slechte huwelijk. Ze was vaak boos op mijn vader, die volgens haar de oorzaak was van veel ellende. Ook mijn vader zou ik echt niets meer willen vragen, die lachte altijd alles weg. Ik had moeite met hem omdat hij in mijn plaats liever een zoon had gehad. Hij had al een dochter, dus het tweede kind moest een jongen zijn, met wie hij biertjes kon drinken en naar het voetballen kon gaan. Bij mijn geboorte is hij niet eens naar me komen kijken. Hij wilde een zoon, geen meisje, daarom heeft hij me heel lang als een jongen behandeld.'

'Hij ging zijn hele leven vreemd, langdurig met zijn ex-vrouw. Misschien dat ik hem dat nog weleens had willen vragen: 'Wat zag je toch in die vrouw, van wie je nota bene gescheiden was?' Maar nee, toch maar niet, hij zou die vraag ook weer weglachen, zoals alles, dus laat maar. Pas na zijn dood kwamen we erachter dat hij gestorven was in het huis van die ex. De winkeljuffrouw uit de zaak van mijn vader, die eerder verklaard had dat hij daar was overleden, vertelde me later dat dat niet zo was. Bovendien kregen we een rekening van de ambulance, die hem uit het huis van zijn ex had opgehaald en naar het ziekenhuis had gebracht. Daar stond het adres van die vrouw op. Gelukkig had mijn zwager de helderheid van geest die rekening net op tijd uit mijn moeders handen te grissen. Zij heeft dat dus nooit geweten. Mijn ouders hebben elkaar ziek gemaakt, zou je kunnen zeggen. Ze pasten totaal niet bij elkaar. Mijn moeder was overgevoelig en angstig en mijn vader maakte daar grapjes over.'

Een stap terug

'Eigenlijk waren onze ouders meer onze kinderen, dus de omgekeerde wereld. Uit zelfbehoud heb ik op mijn zevenendertigste een stap terug gedaan, ik weet het nog goed. Altijd was ik met m'n moeder bezig, daar moest een keer een eind aan komen. Ook bij mijn vader heb ik zo'n stap gezet, ik was toen veertig. Hij maakte vaak denigrerende grappen tegen me. Op een keer was het genoeg, ik zei: 'Dit wil ik niet meer.' Mijn succes als schrijfster hebben ze nog wel meegemaakt, mijn moeder meer dan mijn vader. Als zij in die tijd boodschappen ging doen, had ze een boek van mij in haar tas. Dat liet ze aan iedereen zien met de mededeling dat ze het vooral moesten lezen. Zo stond zij weer in de belangstelling. Ach ja, uiteindelijk draaide het altijd om haar.'

Personality
  • Tekst: Cisca Dresselhuys
  • NL Beeld