Voor leuke 40+ vrouwen met stijl

Nouveau in gesprek met… Thomas Acda!

‘Mijn moeder omhelzen, dat mis ik het meest.’ Acteur, schrijver en muzikant Thomas Acda (53) leverde onlangs zijn tweede boek, Scenario, af. Aan Cisca Dresselhuys vertelt hij over zijn jeugd, zijn levensdoelen en de scheiding die hem diep raakte. Thomas over zijn moeder, Trudie van Zoelen ‘Ik was...

Nouveau in gesprek met… Thomas Acda!

‘Mijn moeder omhelzen, dat mis ik het meest.’

Acteur, schrijver en muzikant Thomas Acda (53) leverde onlangs zijn tweede boek, Scenario, af. Aan Cisca Dresselhuys vertelt hij over zijn jeugd, zijn levensdoelen en de scheiding die hem diep raakte.

Thomas over zijn moeder, Trudie van Zoelen

‘Ik was een echt moederskind. Als ik ’s middags uit school kwam, vond ik het heerlijk om met haar naar een Sissi-film of Het kleine huis op de prai­rie te kijken. Niet zozeer om die ver­halen, veel meer om gezellig met haar samen naar iets te kijken. Ze richtte haar huishoudelijke werk zo in, dat ze om half vier alles klaar had en er voor ons was.

Mijn twee broers renden, na een kopje thee, meestal naar buiten om te voetballen, ik bleef vaker bij haar zitten. Na haar trou­wen was ze vooral huisvrouw, maar wel een met allerlei interesses bui­tenshuis. En na haar veertigste haal­de ze nog haar moedermavodiploma.

Samen met mijn vader richtte ze allerlei clubjes op, waarin ze dan beiden een bestuursfunctie vervulden. Wilden wij tafeltennissen en was er in ons dorp geen mogelijkheid om dat te doen, dan zorgden zij voor een tafeltennisclub; wilden we kanoën, dan kwam er een kanoclub. Tegen de tijd dat zo’n vereniging was opgericht, hadden wij alweer een andere hobby.

Mijn ouders waren degelijke mensen, steunpi­laren, waarop een gemeenschap drijft, een goed team. Behalve in de auto, op weg naar een vakantieland. Mijn moeder, die geen rijbewijs had, was de kaartlezer. Beroemd waren haar woorden: “O, hier had je linksaf gemoeten”, waarna mijn vader mopperend rechtsomkeert maakte.

Mijn moeder heeft geen gemakkelijk leven gehad. Ze kwam uit een groot gezin, waar­in zij zich verantwoordelijk voelde voor haar zusjes en broers. Haar vader dronk en had losse handjes. Later kreeg ze te maken met ziekte; al met al heeft ze meer dan dertig jaar aan verschillende vormen van kanker geleden, maar het allerergst was de dood van haar jongste zoon Bart. Op zijn dertigste viel hij dood neer als gevolg van een onontdekte erfe­lijke hartaandoening.

'Ze was een zorgzame, onvermoeibare, maar tegelijk heel gedecideerde vrouw'

Ik dacht dat ze dat niet zou overleven, maar het was een taaie. Ook toen rechtte ze haar rug, zoals ze dat als kind al geleerd had. Ze was een zorgzame, onvermoeibare, maar tegelijk heel gedecideerde vrouw, beslist niet bang voor ruzie. Nadat ze weer eens in het ziekenhuis gelegen had, zei ze bij thuiskomst: "We gaan het anders doen, ik ben niet meer in jullie dienst, ik heb nog een eigen leven te leven."

Voortaan moesten we zelf ons bed verschonen, onze boterham­men smeren en onze kamer oprui­men. Haar doel was bereikt toen ze mijn vader voor het eerst met de wasmand naar boven zag lopen. Ze had echt besloten: nu ben ik aan de beurt. Met een vaste vriendinnen­groep ging ze op pad, naar Parijs en Berlijn. Met diezelfde vriendinnen zat ze op de eerste rij bij een concert van haar idool Charles Aznavour.

Op haar begrafe­nis, vijf jaar geleden, wilde ik per se een bepaald lied van hem laten horen, maar ik wist de titel niet meer. Terwijl mijn vader met de begrafenisondernemer in de voorkamer zat, belde ik in de achterkamer Aznavour-kenner Matthijs van Nieuwkerk, zong hem de melodie voor en vroeg hem op te zoeken welk nummer dat was. Drie kwartier later belde hij terug met de titel, Tu Te Laisses Aller. Een pak van ons hart; zo kon mijn vader haar geven wat ze had gewild. Wat ik het meest mis van mijn moeder? Dat ik haar niet meer kan omhel­zen, dat was altijd zo heerlijk.’

Thomas over zijn levensdoel

‘Twee dingen, waarvan het belangrijkste: op termijn in New York gaan wonen. Dat gebeurt pas als mijn vader er niet meer is en mijn dochter de deur uit gaat. Mijn doel is daar te gaan schrijven en wandelen. ’s Ochtends een lange wandeling, dan lunchen en ’s middags schrijven. We wonen daar dan in een hotel, waarvoor we nu al sparen.

Ik heb net mijn tweede boek gepubliceerd, dat zich in New York afspeelt. Ik wil er nog een stuk of acht schrijven en dan het liefst daar. Een ander plan is het maken van een lied met de zin “Als ik maar later doodga dan mijn vader en eerder dan mijn kinde­ren” erin. Die zin ligt al vast in mijn tele­foon, het lied eromheen moet nog rijpen, maar dat komt wel.